Een excelbestand is gratis beschikbaar bij marcel.vanderhoydonc@telenet.be. Daarin staan alle stammen en masdars uit ons woordenboek, op voorwaarde dat minstens twee stammen en/of masdars voorkomen bij de frequente woorden uit het frequentie-woordenboek dat als basis van deze website dient (FDA). De gevonden stammen en masdars bij elke wortel zijn daarom niet frequent.
De bedoeling van dit artikel is de betekenisverschuiving te onderzoeken. We vinden die basisbetekenisverschuiving bij De Moor-Van Pel, heel beknopt bij Corné Hanssen, maar niet bij Ayyuha. De materie is inderdaad niet zo eenvoudig als DM-VP voorstellen. Hieronder volgt dan de beschrijving van de elke stam en de vormen van de masdar van die stam. De masdars van stam I bespreken we niet, maar staan wel in de excellijst; de vorming van die masdars is zeer uiteenlopend.
Stam II كَتَّبَ iets doen doen, in dit geval, doen schrijven, dicteren. Of ook iets intens doen of iets erover zeggen ( laten leven > een goed leven wensen). We tellen 314 wortels in ons bestand; 131 ervan hebben een stam II.
Sommen we eerst de stammen II op die duidelijk 'doen doen' betekenen ten opzichte van de stam I. Zo zijn er 59 op 131.
Stam II kan ook iets 'zeggen' over de activiteit van stam I: بَرَكَ بَرَّكَ تَبْريك 51 knielen > (laten knielen), zegen afroepen, zegen حيَّ حيّأَ تَحيّة 359 leven > laten leven, groeten, groet
Al deze stammen II passen dus in het stramien dat De Moor - Van Pel hebben gevonden. Maar er zijn ook minder duidelijke gevallen, dat de betekenisverschuiving niet of nauwelijks merkbaar is. Je zou kunnen zeggen dat met stam II de intensiteit van het gebeuren stilistisch benadrukt wordt, geïntensifieerd wordt, maar het woordenboek, noch de voorbeelden daarin, geeft geen aanwijzingen in die zin.
Wat met die stammen II die geen stam I hebben? We noteren ze hier, met eventueel de masdar van stam I, en de masdar van stam II. Zo zijn er 24 waarvan je een ruim deel makkelijk onder de noemer van 'doen doen' kan brengen.
Er zijn ook stammen II die sterk verschillen van de betekenis van de corresponderende stam I of van de masdar daarvan. Zo zijn er 29. أثَرَ أثَّرَ تَأْثير 869 overleveren > beïnvloeden, effect, invloed ألِفَ ألَّفَ تَأْليف 708 vertrouwd raken > vormen, schrijven, temmen, samenstelling, compositie أهَلَ أهَّلَ تأهيل 174 trouwen > geschikt maken, verwelkomen, het geschikt maken بَشَرَ بَشَّرَ تَبْشير 567 blij zijn > prediken, evangelisatie حَدَثَ حَدَّثَ تَحْديث 188 gebeuren > spreken, actualiseren, actualisering حَضَرَ حَضَّرَ تَحْضير 558 bijwonen > voorbereiden, voorbereiding حالَ حَوَّلَ تَحْويل 18 verhinderen > veranderen, overmaken, overplaatsing, overschrijving رَدَّ رّدَّدَ تَرْديد 856 reageren > herhalen, echo سَبَّ سَبَّبَ تَسْبيب 94 schelden > veroorzaken, het veroorzaken سَلِمَ سَلَّمَ تَسْليم 55 veilig zijn > overdragen (groeten), overhandiging ساقَ سَوَّقّ تَسْويق 340 besturen, citeren > iets op de markt brengen, marketing شَرَعَ شَرَّعَ تَشْريع 221 beginnen > wetten maken, wetgeving ضَمَنَ ضَمَّنَ تَضْمين 782 waarborgen > insluiten, implicatie عَبَرَ عَبَّرَ تَعْبير 465 oversteken > uiten, uiting, gezegde عَدَلَ عَدَّلَ تَعْديل 409 afkeren ( rechtvaardig zijn, evenaren) > aanpassen, wijziging عَلِقَ عَلَّقَ تَعْليق 43 vast blijven > ophangen, becommentariëren,commentaar, bevestiging, uitstel عَين عَيَّنَ تَعْيين 47 oog, bron > bepalen, aanwijzen, aanstelling, toewijzing 49 --- غنى غَنّى rijk zijn/worden > zingen غارَ غَيَّرَ تَغْيير 270 jaloers zijn, bewaken > wijzigen, verandering فَجَرَ فَجَّرَ تَفْجير 801 een losbandig leven leiden > opblazen, het opblazen فَعَلَ فَعَّلَ تَفْعيل 208 doen > scanderen, activering, stimulering قَدَرَ - قَدَّرَ تَقْدير 515 kunnen > appreciëren, inschatten, waardering, inschatting كَرَّ كَرَّرَ تَكْرير 13 aanvallen, terugtrekken > herhalen, herhaling, raffinage كَلِفَ كَلَّفَ تَكْليف 103 dol zijn op > kosten, belasten, het opdragen, belasten met مَتَعَ مَتَّعَ --- 663 meenemen > amuseren, verschaffen مَثُلَ مَثَّلَ تَمْثيل 438 verschijnen, voorkomen > gelijken, vergelijken, beeld هَرَبَ - هَرَّبَ تَهْريب 302 vluchten > smokkelen, smokkel, sluikhandel وَرَدَ وَرَّدَ تَوْريد 551 bereiken, staan in tekst > bevoorraden, bloeien, invoeren, bevoorrading, invoer وَقَعَ - وَقَّعَ تَوْقيع 385 vallen > ondertekenen, ondertekening, handtekening
Een aantal masdars van stam II wijkt af van de standaard masdar en heeft ة als laatste letter. Meestal hangt dit samen met het feit dat de laatste letter van de wortel zwak is. أدّى تَأدية uitvoeren, vervulling, betaling حيَّا تَحيّة leven, laten leven, groet (heilwens) خَلّى تَخْلية vrij zijn, ontruimen, ontruiming سَمَّى تَسْمية naam, noemen, benaming سَوَّى تَسْوية gelijkmaken, bijleggen, schikking سَكَّلَ تَشْكيلة vorm, vormen, collectie ( ook تَشْكيل vorming) نَمَّى تَنْمية groeien, doen toenemen, ontwikkelen هَيَّى تَهيئة instantie, klaarmaken, voorbereiding
De Moor-Van Pel hebben gelijk als ze stellen dat de meeste stammen II 'doen doen' uitdrukken. Dat is zo in meer dan de helft van de stammen II. 'Intensiteit' en 'zeggen' is zwak vertegenwoordigd, maar opvallend is toch dat 29 stammen II (van de 131) sterk verschillen in betekenis met de overeenkomstige stam I.
De masdars van deze stam gaan allemaal volgens hetzelfde schema: voorvoegsel مُ ,eerste radicaal met alif, tweede radicaal met a-klank, en derde radicaal gevolgd door een ة . قبلة قابَلَ مُقابَلة : aanvaarden, ontmoeten, ontmoeting. Er zijn geen uitzonderingen.
Samenvattend: als DM-VP beweert dat stam III "vaak" een streven aan of een beweging van een persoon naar een andere aangeeft, dan gaat dit inderdaad op voor meer dan de helft van de gevallen, als we de 9 met ongeveer dezelfde betekenis als stam I meerekenen. Maar opvallend dominant is die strekking van stam III niet.
Stam IV: أكْتَبَ is ook causatief, net als de tweede stam.
Het excelbestand omvat 314 wortels, 131 ervan hebben een stam II (met sjadda) en 82 ervan hebben een stam IV (alif +sukkun). 15 wortels hebben zowel stam II als stam IV. Volgens DM-VP is de betekenis van stam II en stam IV causatief ( doen doen) ten opzichte van stam I. Die 15 zouden dus synoniem moeten zijn. Dat is slechts waar in 4 van de 15 gevallen: 558 --- حَضَّرَ تَحْضير أحْضَرَ voorbereiden, voorbereiding أحْضَرَ is ook 'brengen', إحْضار betekent alleen 'het brengen' صَلَّحَ تَصْليح أصْلَحَ إصْلاح 377 herstellen, terug goed maken, reparatie وَضَّحَ تَوْضيح أوْضَحَ إيضاح 479 verduidelijken, verduidelijking وَقَّفَ تَوْقيف أوْقَفَ إيقاف 379 stoppen, blokkeren, stopzetting
In 9 andere gevallen is er een relevant betekenisverschil tussen de causatieve stammen. أمن 163 veilig zijn تَأمين أمَّنَ verzekering إيمان آمَنَ geloven, geloof حدث 188 gebeuren تَحْديث حَدَّثَ (spreken) modernisering إحْداث أحْدَثَ scheppen, creatie حسن 59 mooi, goed تَحْسين حَسَّنَ verbetering إحْسان أحْسَنَ goeddoen, liefdadigheid حيّ 359 leven تَحيّة حَيّأ groet (zeggen!) إحْياء أحيأ doen herleven, het doen herleven دور 4 draaien تَدْوير دَوَّرَ het doen draaien إدارة أدارَ beheren, beheer صدر 143 verschijnen تَصْدير صَدَّرَ export, uitvoeren إصْدار أصْدار publiceren, editie علم 44 weten تَعْليم عَلَّمَ leren, onderwijs إعْلام أعْلَمَ informeren قرّ 390 beslissen قَرَّرَ تَقْرير beslissen, verslag أقَرَّ إقْرار goedkeuren, verklaring مكن 328 kunnen تَمْكين مَكَّنَ versterking (in staat...) إمْكان أمْكَنَ kunnen, mogelijkheid De werkwoorden hierboven zijn enigszins causatief ten opzichte van stam I. Dat is met de volgende werkwoorden niet het geval. Het betekenisverschil is groter. خلص 1349 zuiver تَخْليص خَلَّصَ bevrijding إخْلاص أخْلَصَ trouw zijn,oprechtheid وقع 385 vallen, gebeuren تَوْقيع وَقَّعَ handtekening إيقاع أوْقَعَ neerhalen, (cadans)
Maar meestal komen stam II en stam IV niet samen voor. Hieronder de lijst van 40 stammen IV die duidelijk causatief zijn t.o.v. stam I. بَرَزَ أبْرَزَ إبْراز 862 uitsteken, opkomen > tonen, laten zien, manifestatie, het tonen بَعُدَ أبْعَدَ إبْعاد 424 ver weg zijn > verbannen, verbanning, uitwijzing بَقيَ أبْقى إبْقاء 287 blijven > houden, handhaven, handhaving تَمَّ أتَمَّ إتْمام 313 compleet zijn / worden > voltooien, afronden, voltooiing ثَبَتَ أثْبَتَ إثْبات 547 vaststaan > aantonen, bewijzen, bevestiging, bewijs ثارَ أثارَ إثارة 19 rebelleren, opgewonden zijn/worden > prikkelen, wekken, sensatie, opwinding جَرى أجْرى إجْراء 501 gebeuren (lopen) > uitvoeren, verrichten, maatregel جازَ أجازَ إجازة 395 (inhalen) toegestaan worden/zijn > toestaan, goedkeuren, vakantie خَبَرَ أخْبَرَ إخْباريّ 73 goed weten > vermelden, doorgeven, informatief خَرَجَ أخْرَجَ إخْراج 26 buitengaan > uitbrengen, het uitbrengen خفيَ أخْفى إخْفاء 917 verdwijnen > verbergen, het verbergen دَخَلَ أدْخَلَ إدْخال 224 binnengaan (beginnen) > inbrengen, opname, input دانَ أدانَ إيدانة 6 verschuldigd zijn > veroordelen, veroordeling رَضيَ أرْضى إرْضاء 389 tevreden zijn > tevredenstellen, aanstaan, bevrediging زالَ أزالَ إزالة 685 verdwijnen > verwijderen, verwijdering سَرَعَ - أسْرَعَ 142 snel zijn > zich haasten سَعِدَ أسْعَدَ --- 257 gelukkig worden/zijn > gelukkig maken, verblijden سَقَطَ أسْقَطَ إسْقاط 232 vallen > doen vallen , neerhalen, omverwerping سَكَنَ أسْكَنَ إسْكان 10 wonen > huisvesten, huisvesting سَلِمَ أسْلَمَ إسْلام 55 veilig zijn > zich bekeren, zich overgeven, islam ساء أساء إساءة 266 slecht worden/zijn > bederven, benadelen, wandaad شَرُفَ أشْرَفَ إشْراف 494 nobel/edel zijn > begeleiden, toezicht شورى أشارَ إشارة 649 advies > wijzen, adviseren, gebaar, wenk ضافَ أضافَ إضافة 325 als gast verblijven > toevoegen, aanvulling طَلَقَ أطْلَقَ إطْلاق 147 bevrijd zijn > lanceren, loslaten, schieten, lancering, ظَهَرَ أظْهَرَ إظْهار 152 verschijnen > vertonen, inlichten, uitstalling, demonstratie عَجِبَ أعْجَبَ إعْجاب 773 verwonderd zijn > behagen, bevallen, verwonderen, bewondering, waardering عَمَرَ أعْمَرَ إعْمار 362 wonen > bevolken (bebouwen), opbouw (bebouwing) عادَ أعادَ إعْداء 260 teruggaan, weer doen > herhalen, terugbrengen, teruggave, herhaling, herstel عَلَن أعْلَنَ إعْلان 637 openbaarheid > aankondigen, aankondiging عَوْن أعانَ إعانة 963 hulp > helpen, hulp, steun فَرِحَ أفْرَحَ --- 1026 blij worden/zijn > verheugen, blij maken كَمُلَ أكْمَلَ إكمال 104 compleet worden/zijn > afmaken, afronden, completering لَحِقَ ألْحَقَ إلْحاق 814 aansluiten, volgen, halen > toebrengen, aanhechten, aanhechting نَجَحَ أنْجَحَ --- 277 slagen > succesvol maken نَتَجَ أنْتَجَ إنْتاج 360 voortkomen > produceren, productie نَزَلَ أنْزَلَ إنْزال 112 dalen, uitstappen, logeren, toegeven > verlagen, het omlaag brengen نَشَأَ أنْشَأَ إنْشاء 828 ontstaan > voortbrengen, instellen, aanleg, bouw, instelling نَفَقَ أنْفَقَ إنْفاق 613 op raken, goed verkocht worden > uitgeven, spenderen, uitgave أوْقَعَ إيٌقاع 385 vallen, gebeuren > teweegbrengen, het teweegbrengen (cadans)
En dan zijn er 11 werkwoorden van stam IV die hetzelfde betekenen als de overeenkomstige vorm van stam I, en dat ligt niet in de lijn van de verwachtingen: جَمَلَ أجْمَلَ إجْمال 21 opsommen, geheel حَبَّ - أحَبَّ --- 67 beminnen, liefhebben حَسَّ - أحَسَّ إحْساس 449 merken, voelen, gevoel حاطَ أحاطَ إحاطة 776 omgeven, omringen, het omcirkelen ( bekendheid) شِبْه - أشْبَهَ --- 618 gelijkenis, gelijken عَذَرَ أعْذَرَ --- 1320 verontschuldigen, vergeven ضاعَ - أضاعَ إضاعة 894 zoek raken, verloren gaan, verspilling غَلَقَ - أغْلَقَ إغْلاق 309 sluiten, dichtmaken, sluiting مَسَكَ أمْسَكَ إمْساك 1303 pakken, bijhouden > pakken, bijhouden, constipatie نَجَزَ أنْجَزَ إنْجاز 946 volbrengen, uitvoeren, uitvoering, prestatie هَمَّ أهَمَّ --- 114 interesseren, verontrusten
Er zijn stammen IV zonder enige referentie naar een andere stam of masdar ervan: أعْطى إعْطاء 370 geven, het geven, het schenken أفادَ إفادة 807 meedelen, van nut zijn, nut, mededeling We hebben in dit artikel kunnen zien hoe de masdars van stam IV gevormd worden, ook wanneer de eerste ( إيمان ) of de 3e ( إعْطاء ) radicaal zwak is en wanneer de 2e radicaal verdubbeld is ( إقْرار ) . Je ziet ook dat de vrouwelijke vorm van de masdar ook wel vaak voorkomt إشارة , إجازة , إضافة , إفائدة .
Samenvattend mogen we stellen dat in 48 van de 82 stammen IV het causatieve aspect aanwezig is. In de andere gevallen (11) is de betekenis dezelfde, en is 15 gevallen verschillend van de hoofdgedachte.
Stam V: met prefix ta, en een sjadda op de 2e radicaal
De algemene betekenis is vaak een reflexieve vorm van de tweede stam (zich iets laten doen). دَخَّلَ betekent 'inbrengen', تَدَخَّلَ 'ingrijpen, tussenkomen' en de masdar تَدَخُّل 'tussenkomst, ingreep'. In de excellijst treffen we 81 werkwoorden van stam V aan. 68 ervan hebben ook een stam II van dezelfde wortel. Daarmee kunnen we dan weten of stam V inderdaad reflexief is t.o.v. stam II. Hieronder de lijst van die stammen en hoe het reflexieve wordt uitgedrukt in stam V. Je merkt ook dat het reflexieve dicht staat bij het passieve (worden) en het onovergankelijke (kan dus geen lijdend voorwerp hebben). أثَّرَ تَأثَّرَ تَأَثُّر 869 beïnvloeden, aangrijpen > beïnvloed, ontroerd worden, emotie أخَّرَ تَأَخَّرَ تَأَخُّر 168 vertragen, ophouden > achterblijven, achterstaan أسَّسَ تَأَسَّسَ --- 161 stichten, funderen > tot stand komen, opgericht worden أكَّدَ تَأَكَّدَ تَأَكُّد 162 bevestigen, benadrukken > verifiëren, vaststaan, zekerheid أهَّلَ تَأَهَّلَ --- 174 geschikt maken vormen > zich kwalificeren, (trouwen) بَقَّى تَبَقَّى --- 287 handhaven > overblijven, resten بَيَّنَ تَبَيَّنَ --- 466 aantonen, verduidelijken > blijken, vaststellen ثَبَّتَ تَثَبَّتَ --- 547 verstevigen, vastleggen > verifiëren, controleren جَدَّدَ تَجَدَّدَ تَجَدُّد 66 vernieuwen > herleven, vernieuwing, herstel جَمَّعَ تَجَمَّعَ تَجَمُّع 215 verzamelen > samenkomen, zich verzamelen, samenkomst جَنَّبَ تَجَنَّبَ تَجَنُّب 22 afweren, (besparen )> vermijden, ontwijken, voorkoming جَوَّزَ تَجَوَّزَ --- 395 toestaan > verdragen, tolereren حَدَّثَ تَحَدَّثَ تَحَدُّث 188 spreken (moderniseren) > spreken, het spreken حَرَّرَ تَحَرّرَ تَحَرُّر 131 bevrijden (opstellen) > bevrijd worden, bevrijding حَرَّكَ تَحَرَّكَ تَحَرُّك 68 aandrijven, schudden > verroeren, bewegen حَسَّنَ تَحَسَّنَ تَحَسُّن 59 verbeteren, vervolmaken > beter, knapper worden حقَّقَ تَحَقَّقَ تَحَقُّق 69 realiseren (onderzoeken, uitgeven) > gerealiseerd worden, natrekken, realisatie, controle حَكَّمَ تَحَكَّمَ تَحَكُّم 72 arbitreren > beheersen, beheersing, controle حَمَّلَ تَحَمَّلَ تَحَمُّل 25 laden, uploaden > dragen, verdragen, het verdragen حَوَّلَ تَحَوَّلَ تَحَوُّل 18 veranderen, overmaken > zich wijzigen, verandering, overgang خَرَّجَ تَخَرَّجَ تَخَرُّج 26 naar buiten doen gaan, opleiden > afstuderen, het afstuderen خصَّصَ تَخَصَّصَ تَخَصُّص 568 toewijzen, bestemmen > zich specialiseren, specialisatie خَلَّصَ تَخَلَّصَ تَخَلُّص 1349 zuiveren, redden > zich ontdoen van, bevrijding خَلَّفَ تَخَلَّفَ تَخَلُّف 74 achterlaten, (tot opvolger benoemen) > achterblijven, achterstand خَلّى تَخَلّى تَخَلٍّ 721 ontruimen, achterlaten > opgeven, afstaan, het afzien van
Hebben dezelfde betekenis als stam II: عَوَّدَ تَعَوَّدَ تَعَوُّد 260 gewennen > gewennen, gewenning, gewoonte كَلَّمَ تَكَلَّمَ تَكَلُّم 14 spreken > spreken, het spreken
Volgende 6 stammen V staan in betekenis verder af van het reflexieve ten opzichte van stam II: أمَّلَ تَأَمَلَ تَأَمُّل 977 hopen > overwegen, hopen, bezinning, meditatie صَرَّفَ تَصَرَّفَ تَصَرُّف 403 afhandelen (afvoeren) > gedragen (beschikken), gedrag, beschikking طَرَّقَ تَطَرَّقَ --- 37 kloppen > zich een weg banen, aansnijden قَدَّمَ تَقَدَّمَ تَقَدُّم 81 aanbieden, voorstellen > (vooruitkomen), voorliggen, indienen, vooruitgang لَقّى تَلَقّى تَلَقٍّ 314 gooien > ontvangen, krijgen, ontvangst وَقَّعَ تَوَقَّعَ تَوَقُّع 385 ondertekenen > verwachten, voorzien
De resterende 4 stammen V hebben geen overeenkomstige stam II en we vergelijken dan maar met hun stam I: حَسَبَ تَحَسَّبَ --- 70 rekenen > uitkijken, voorzichtig zijn طَلَبَ تَطَلَّبَ --- 39 vragen, zoeken > vereisen, vergen طَلَعَ تَطَلَّعَ تَطَلُّع 587 omhooggaan, bestijgen > kijken, streven naar, vooruitzicht, ambitie نَقَلَ تَنَقَّلَ تَنَقُّل 418 vervoeren, (kopiëren) > rondreizen, overgaan, verplaatsing
N.B. De betekenis van stam V staat soms (13 maal) dicht bij de betekenis van stam I. Deze opmerking staat los van de hierboven gestelde vraag of stam II en V samen voorkomen. بَقيَ تَبَقّى ---287 blijven, overblijven > overblijven, resten جَنَبَ تَجَنَّبَ تَجَنُّب 22 mijden > vermijden, mijden, voorkoming, preventie حَكَمَ تَحَكَّمَ تَحَطُّم 72 (oordelen), heersen, regeren > beheersen, controleren, beheersing حَمَلَ تَحَمَّلَ تَحَمُّل 25 dragen > dragen, verdragen, het verdragen, het uithouden خَلَصَ تَخَلَّصَ تَخَلُّص 1349 (zuiver worden), verlost worden > zich ontdoen van, loskomen van, zich bevrijden, bevrijding زادَ تَزَيَّدَ --- 608 toenemen, toevoegen > toenemen, toename طَلَبَ تَطَلَّبَ --- 39 vragen, zoeken > vereisen, vergen, vragen عَلِقَ تَعَلَّقَ تَعَلُّق 43 vast blijven zitten, gehecht zijn > zich vasthouden, zich hechten, gehechtheid قَبِلَ تَقَبَّلَ تَقَبُّل 79 aanvaarden, accepteren > aanvaarden, accepteren, acceptatie كانَ تَكَوَّنَ تَكَوُّن 15 zijn > bestaan (samengesteld zijn uit), wording, bestaan لَقيَ تَلَقّى تَلَقٍّ 314 vinden, treffen, ontmoeten > ontvangen, krijgen, ontvangst وَجَبَ تَوَجَّبَ --- 235 verplicht worden/zijn, moeten > nodig zijn وَصَلَ تَوَصَّلَ --- 262 aankomen, behalen, koppelen > bereiken, ontvangen
De masdar behoudt altijd de basisbetekenis van het stamwoord en wordt gekenmerkt door de oe-klank op het einde. Enkele voorbeelden: تَأَخَّرَ تَأَخُّر achterblijven / achterstand تَحَدَّثّ تحَدُّث praten / het praten تَسَلَّم تَسَلُّم ontvangen / ontvangst, inname تَعَطَّلَ تَعَطُّل stukgaan / storing تَمَكَّنَ تَمَكُّن kunnen / vermogen تَخَلّى تَخَلٍّ opgeven / het afzien van Noteer in het laatste voorbeeld de uitzondering op de oe-klank, bij de zwakke eindletter van de wortel.
Samenvattend, DM-VP hebben gelijk dat stam V reflexief is t.o.v. stam II. Dat is zo voor 68 van de 81 stammen V.
Stam VI, met prefix ta- gevolgd door stam III, تَعارَضَ .
Het bestand telt maar 37 toepassingen van stam VI. Stam III heeft als kenmerk dat het vaak een streven aangeeft of een beweging van de ene persoon naar de andere. De betekenis van de werkwoorden van stam VI is reflexief ten opzichte van stam III. Stam V ( zie hierboven) is ook reflexief t.o.v. stam II en dat betekende meestal dat het werkwoord wederkerend of passief werd (zie hierboven bij stam V). Is dat bij stam VI ook zo?
Er zijn 22 gevallen waarin én stam III én stam VI voorkomen. In slechts drie van die gevallen klopt die reflexieve betekenisverschuiving: بارَكَ تَبارَكَ --- 51 zegenen > gezegend worden/zijn عارَضَ تَعارَضَ تَعارُض 151 zich verzetten, tegenspreken > strijdig zijn met, tegenspraak واصَلَ تَواصَلَ --- 262 voortzetten > voortgezet worden, opeenvolgen, (voor stammen VI van deze wortel zijn ook de betekenissen 'ontvangen' en 'bereiken') Hieronder volgt een lijstje van 6 van de andere gevallen waarbij de betekenisverschuiving naar het wederzijdse (elkaar) gaat: ساءَلَ تَساؤَلَ تَساؤُل 203 vragen > zich afvragen, elkaar vragen, vraag سارَعَ تَسارَعَ تَسارُع 142 zich haasten > mekaar opjagen, haast عاوَنَ تَعاوَنَ تَعاوُن 963 helpen, assisteren > samenwerken, collaboreren, samenwerking نافَسَ تَنافَسَ تَنافُس 62 concurreren, beconcurreren > met elkaar concurreren, concurrentie واصَلَ تَواصَلَ --- 204 vervolgen, voortzetten > met elkaar verbonden zijn, voortgezet worden ( zie ook hierboven, onder reflexieve betekenisverschuiving) وافَقَ تَوافَقَ تَوافُق 376 goedvinden, overeenkomen > met mekaar overeenkomen, compatibiliteit
En nog zes waarvan de betekenissen van de twee stammen uit mekaar gaan: راجَعَ تَراجَعَ تَراجُع 785 controleren, raadplegen > achteruitgaan, terugkomen op, achteruitgang, terugtocht ظاهَرَ تَظاهَرَ تَظاهُر 152 helpen, assisteren > simuleren, betogen, simulatie, demonstratie فاضَلَ تَفاضَلَ تَفاضُل 217 vergelijken > pretenderen beter/groter te zijn, differentiaalrekening (sic) لاعَبَ تَلاعَبَ تَلاعُب 199 spelen, meespelen > frauderen, knoeien, manipulatie, geknoei نازَلَ تَنازَلَ تَنازُل 112 vechten > opgeven, het opgeven, concessie واضَعَ تَواضَعَ تَواضُع 204 overeenstemming bereiken > bescheiden zijn, bescheidenheid
Daarmee hebben we een idee van de 22 keer dat stam III en en stam VI samen voorkomen, en een eensluidende of dominante uitleg is er niet. Het reflexieve vinden we maar in 9 van de 22 gevallen terug.
Blijven dan nog de 15 gevallen van stam VI zonder dat er een corresponderende stam III van bestaat. We vergelijken dan maar met de of een hoofdbetekenis van de wortel. بَدَّلَ تَبادَلَ تَبادُل 86 ruilen > verruilen, uitwisselen, ruil, uitwisseling جَهِلَ تَجاهَلَ تَجاهُل 713 niet weten/kennen > negeren, veronachtzamen, het negeren جابَ تَجاوَبَ --- 23 bereizen > antwoorden, harmoniëren 608 زادَ تَزايَدَ تَزايُد toenemen, toevoegen = toenemen, toename سَقَطَ تَساقَطَ تَساقُط 232 vallen = vallen, uitval, het vallen سأقَ --- تَساؤُق 340 besturen, sturen > coherentie, harmonie صَعَدَ تَصاعَدَ تَصاعُد 576 omhooggaan = omhooggaan, stijging, toename ضَمِنَ تَضامَنَ تَضامُن 782 waarborgen > solidair, samen,verantwoordelijk zijn, solidariteit عَقَدَ تَعاقَدَ تَعاقُد 870 binden, sluiten, houden > = contracteren, contract عَلا تَعالى --- 426 opgaan, uitstijgen boven > = uitsteken boven, torenen عاش تَعايَشَ تَعايُش 85 leven, beleven > samenleven, coëxistentie فَهِمَ تَفاهَمَ تَفاهُم 11 begrijpen > elkaar begrijpen, wederzijds begrip قَعَدَ تَقاعَدَ تَقاعُد 536 zitten, afzien van > met pensioen gaan, zich afzijdig houden, pensioen وَجَدَ تَواجَدَ تَواجُد 278 vinden > zich bevinden, aanwezigheid وَفَرَ تَوافَرَ --- 834 overvloedig zijn = overvloedig zijn Bij de masdars van stam VI valt de gelijkenis met de masdar van stam V op; de alif komt erbij, de middenradicaal wordt gevolgd door de oe-klank, maar heeft geen sjadda.
Samenvattend kunnen we stellen dat het gebruik van stam VI eerder zelden voorkomt: 34 keer op 314. De vertrekstam III was redelijk conform wat de beschrijving van DM-VP deed verwachten. Maar bij stam VI klopt de beschrijving, het reflexieve, maar nipt.
Stam VII met voorvoegsel -in اِنْـ . Nemen we als voorbeeld: خَفَضَ betekent 'neerlaten', اِنْخَفَضَ 'neergelaten worden, dalen', en اِنْخِفاض 'daling'. Stam VII is de passieve vorm vaak van stam I ( dus niet van stam II zoals voor stam V) of het is de onovergankelijke versie ervan (zonder lijdend voorwerp). Daarmee ligt de betekenis dicht bij die van stam V: reflexief, maar we vonden ook passieve betekenissen. Merkwaardig is dat stam V en stam VII in onze lijst nergens samen voorkomen. We geven alle 16 vermeldingen hieronder weer, met de betekenissen van stam I, stam VII en van zijn masdar. Eerst de 12 stammen die conform de definitie van DM-VP zijn. بَغى اِنْبَغى --- 1276 wensen > nodig zijn خَفَضَ اِنْخَفَضَ اِنْخِفاض 488 neerlaten > dalen, daling دَمَجَ اِنْدَمَجَ اِنْدِماج 595 integreren > zich integreren, integratie سَحَبَ اِنْسَحَبَ اِنْسِحاب 643 terugtrekken > zich terugtrekken, aftocht طَبَقَ اِنْطَبَقَ اِنْطِباق 436 toepassen > van toepassing zijn, gelden, overeenkomst عَدَمَ اِنْعَدَمَ اِنْعِدام 662 missen, niet hebben > verdwijnen, gebrek عَقَدَ اِنْعَقَدَ اِنْعِقاد 870 binden > gehouden worden, het gehouden worden فَتَحَ اِنْفَتَحَ اِنْفِتاح 234 openen > geopend zijn, opening فَصَلَ اِنْفَصَلَ اِنْفِصال 200 scheiden > gescheiden worden, zijn, scheiding قَسَمَ اِنْقَسَمَ اِنْقِسام 140 verdelen > verdeeld worden, scheuring قَطَعَ اِنْقَطَعَ اِنْقِطاع 321 snijden > onderbroken worden, onderbreking قَلَبَ اِنْقَلَبَ اِنْقِلاب 138 omkeren > omgekeerd worden, omwenteling
En hiet de 4 overige stammen VII waarvan het verband met stam I niet zo eensluidend is. ضَمَّ اِنْضَمَّ اِنْضِمام 1289 samenvoegen > aansluiten, aansluiting طَلَقَ اِنْطَلَقَ اِنْطِلاق 147 verstoten > vertrekken, start عَكَسَ اِنْعَكَسَ اِنْعِكاس 548 omkeren > terugkaatsen, weergave فَجَرَ اِنْفَجَرَ اِنْفِجار 801 losbandig, laten stromen > uitbarsten, explosie
Merk op dat عكس en قلب beide 'omkeren' als basisbetekenis hebben, en in stam VII toch andere afleidingen hebben. ِQua vorm valt ضَمَّ اِنْضَمَّ اِنْضِمام op; in de masdar wordt de mim ontdubbeld en gescheiden door een alif. De andere masdars zijn conform.
Stam VIII: اِبْتَسَمَ met اِ als prefix en ت als infix na de eerste radicaal
Deze komt veel voor, 87 maal op het totaal van 314. DM-VP2, p.175, geven aan dat de betekenis reflexief is t.o.v. de betekenis van stam I, en er fel op lijkt. Dat de betekenis er fel op lijkt, blijkt uit volgende rij van 36 werkwoorden die synoniem zijn van mekaar.
Typisch voor stam VIII is de assimilatie. De ingevoegde ta wordt opgeslorpt door de eerste radicaal waardoor deze een sjadda krijgt: ت + ta wordt تّ ث + ta ثّ د + ta دّ ط + ta طّ ظ + ta ظّ ذ + ta ذّ ز + ta زّ De ingevoegde ta verandert onder invloed van de eerste radicaal, de voorafgaande medeklinker, in de volgende gevallen: ص + ta wordt صط ض + ta ضط و + ta تّ أ + ta تّ In de lijstjes vind je ass (assimilatie) wanneer stam VIII eraan onderhevig is.
De masdar van stam VIII is goed herkenbaar. Alleen als de derde radicaal zwak is اِقْتَضى اِقْتِضاء is er enige variatie. En اِلْتَفَتَ اِلْتِفاتة met de eind ة vormt een uitzondering.
Samenvattend, de stelling van DM-VP klopt: in 52 van de 87 stammen VIII is de betekenis ofwel dezelfde, ofwel reflexief ten opzichte van die van stam I. In 20 andere gevallen ligt de betekenis nog in de lijn van die van stam I, maar het verband is niet eenduidig. In 15 gevallen is de betekenis heel anders.
Stam IX Deze stam komt niet voor in ons excelbestand. De vormen zijn اِحْمَرَّ يَحْمَرُّ أِحْمَرَّ مُحْمَرّ أحْمِرار achtereenvolgens ' rood worden/zijn, hij wordt rood, bloost, hij werd rood, bloosde, roodaangelopen, blos'. De betekenis heeft betrekking op kleuren en gebreken. Voor de werkwoorden heeft stam I de betekenis van 'rood, blauw... zijn. Stam IX betekent dan 'rood, blauw worden', al vind je in het woordenboek ook wel stam II of IV in die betekenis. De gebreken 'blind, doof, stom' hebben zelfs in het woordenboek geen stam IX; 'scheel, eenogig' wel: اِحْوَلَّ en اِعْوَرَّ . Slechts éénmaal komt zo'n stam aan bod in de wortellijst, pagina 1046, over "schaamte" َجَخل , wortel 1046 'zij werd rood van schaamte" اِحْمَرَّت خَجَلاً
Ter herinnering: De adjectieven hebben al een speciale paragraaf in de grammatica's om de bijzondere meervoudsvormen, en het onderscheid mannelijk-vrouwelijk: أحْمَر حَمْراء حُمْر rood m. vr. mv. أطْرَش طَرْشاء طُرْش doof m. vr. mv. أزْرَق زَرْقاء زُرْق blauw m. vr. mv.
Stam X : de stam, gekenmerkt door de prefix ist- geeft vaak 'zoeken,vragen' aan.
Ons bestand kent maar 39 van die stammen, en je moet goed zoeken om dat 'zoeken, vragen' te vinden. خبر اِسْتَخْبَرَ اِسْتِخْبار 73 goed weten < navragen, onderzoeken, goed, zeker te weten عادَ اِسْتَعادَ اِسْتِعادة 260 teruggaan, weer doen < terugvragen, terugkrijgen, herovering عَوَّنَ اِسْتَعانَ اِسْتِعانة 963 helpen < hulp vragen, beroep
Maar je kan ook zeggen dat het 'onderzoek' een voorbereidende fase is van 'goed weten', dat je iets terugvraagt alvorens je teruggaat. Zoals ook in volgende gevallen: بَعُدَ اِسْتَبَعَدَ اِسْتِبْعاد 424 ver af zijn < buitensluiten, uitsluiting حَقَّ اِسْتَحَقَّ اِسْتِحْقاق 69 waar, juist zijn < verdienen, verdienste خَدَمَ اِسْتَخْدَمَ اِسْتِخْدام 489 dienen < gebruiken, gebruik ضَافَ اِسْتَضافَ اِسْتِضافة 325 toevoegen < opnemen, het als gastheer optreden عَرَضَ اِسْتَعْرَضَ اِسْتِعْراض 151 vertonen < defileren, parade عَمَرَ اِسْاَعْمَرَ اِسْتِعْمار 362 wonen, bouwen < koloniseren, kolonie غَفَرَ اِسْتَغْفَرَ اِسْتِغْفار 934 vergeven < smeken om vergeving, vergiffenis قَبَلَ اِسْتَقْبَلَ اِسْتِقْبال 79 aanvaarden < ontvangen, ontvangst قَرَّ اِسْتَقَرَّ اِسْتِقْرار 390 zich vestigen < stabiel worden, stabiliteit قَلَّ اِسْتَقَلَّ اِسْتِقْلال 32 minder worden < onafhankelijk zijn/worden, onafhankelijkheid وَرَدَ اِسْتَوْرَدَ اِسْتِيراد 551 verschijnen, aankomen < invoeren, import وَطَنَ اِسْتَوْطَنَ اِسْتيطان 275 wonen < stichten van nederzettingen, het stichten... ولي اِسْتَلى اِسْتيلاء 691 volgen, besturen < veroveren, inlijving يَقَظَ اِسْتَيْقَظَ اِسْتيقاظ 256 opletten < ontwaken, het ontwaken
In sommige gevallen verwijst de betekenis van de stam naar een volgende fase: أنِفَ اِسْتَأْنَفَ اِسْتِئناف 829 minachten, afwijzen > hervatten, hervatting (in beroep) حالَ اِسْتَحالَ اِسْتِحال 18 verhinderen > onmogelijk worden/zijn, onmogelijkheid طَلَعَ اِسْتَطْلَعَ اِسْتِطْلاع 587 stijgen, opkomen > verkennen, peiling عَملَ اِسْاَعْمَلَ اِسْتِعْمال 46 werken > gebruiken, gebruik غَرُبَ اِسْتَغْرَبَ اِسْتِغْراب 48 vreemd zijn > verbaasd zijn , bevreemding غَنيَ اِسْتَغْنى اِسْتِغْناء 49 niet nodig hebben > zonder kunnen, het zonder kunnen وَجَبَ اِسْتَوْجَبَ --- 235 moeten > vereisen
Nog in dezelfde betekenisverschuiving van voorafgaande of volgende fase, zijn er volgende stammen: سَلِمَ اِسْتَسْلَمَ اِسْتِسْلام 55 veilig zijn < overgeven, overgave شَهِدَ اِسْتَشْهَدَ اِسْتِشْهاد 320 getuigen > sneuvelen, martelaarschap Hierin zit telkens een religieuze component: door je over te geven aan Allah, ben je veilig, en als je wil getuigen van je religieuze inzet, dan ga je de strijd aan. جَواب اِسْتَجْوَبَ اِسْتِجْوب 23 antwoord < enquêteren, ondervraging, verhoor جَواب اِسْتَجْابَ اِسْتِجْوابة 23 antwoord < = antwoord zoeken, reageren, antwoord.
Bovenstaande, bijzondere, dubbele stam X leidt ons tot de gevallen waarin er geen betekenisverschil is tussen stam I en stam X: بَدَل اِسْتَبْدَلَ اِسْتِبْدال 86 substituut, ruil = ruilen, vervanging راحة اِسْتَراحَ اِسْتِراحة 213 gemak, comfort = rusten, pauze قُطْب اِسْتَقْطَبَ اِسْتِقْطاب 1090 pool, as = polariseren, polarisatie كَمُلَ اِسْتَكْمَلَ اِسْتِكْمال 104 compleet maken = afmaken, voltooiing هَدَفَ اِسْتَهْدَفَ اِسْتِهْداف 846 beogen = mikken, het mikken, (allergie)
Soms wordt in stam X een specifiek aspect van de hoofdbetekenis uitgedrukt: دَعا اِسْتَدْعى اِسْتِدْعاء 689 uitnodigen > oproepen, oproep عَدَّ اِسْتَعَدَّ اِسْتِعْداد 528 tellen > voorbereiden, voorbereiding غَرِقَ اِسْتَغْرَقَ اِسْتِغْراق 934 zinken, verdrinken > wegzinken in, het opgaan in مَرَّ اِسْتَمَرَّ اِسْتِمْرار 108 voorbijgaan > voortduren, voortduring
Er is ook nog 1 geval dat stam X 'doen, doen' uitdrukt, normaal stam II: خَرَجَ اِسْتَخْرَجَ اِسْتِخْراج 26 buitengaan > delven, winning.
Tenslotte 2 stammen X waarvan we de basisbetekenis niet terugvinden (geen stam I, noch masdar van stam I): اِسْتَفادَ اِسْتِفادة 807 benutten, profijt اِسْتَشارَ اِسْتِشارة 649 raadplegen, raadpleging
Samenvattend: 18 stammen waarin de voorbereiding wordt uitgedrukt en 9 waarin naar de volgende fase verwezen wordt, samen 27 van de 39. Vijfmaal is er geen verschil in betekenis, 4 maal wordt de actie van de hoofdstam specifieker, éénmaal wordt het 'doen, doen' zoals voor stam II, en 2 op zichzelf staande stammen X. Het is de meest ongrijpbare van alle stammen.
Een amateur-arabist is deze site aan het bouwen. Help hem door fouten en suggesties te melden via het contactformulier op de home-pagina, of via marcel.vanderhoydonc@telenet.be