578 زبن
Slechts één afleiding.
زَبون - زَبائن klant, cliënt.
Hij is een stamgast van dit café / zijn vrouw bedient de klanten / de klant is koning / zij is een vaste klant van de winkel
من - نظم - ذا - قهو - خدم - زوج - ملك - حلّ
Wie, uit, van 367 / organiseren 672 / deze, die 182 / koffie 480 / bedienen 489 / trouwen 54 / bezitten 110 / oplossen, winkel 307
هُوَ مِن الزَبائنِ المُنْتَظَمينِ هَذَهِ المَقْهى
تَخْدُمُ زَوجَتُهُ الزَبائن
الزَبونُ مَلِكٌ
هِيَ زَبونٌ مُنْتَظَمٌ هَذا المَحَلّ
Slechts één afleiding.
زَبون - زَبائن klant, cliënt.
Hij is een stamgast van dit café / zijn vrouw bedient de klanten / de klant is koning / zij is een vaste klant van de winkel
من - نظم - ذا - قهو - خدم - زوج - ملك - حلّ
Wie, uit, van 367 / organiseren 672 / deze, die 182 / koffie 480 / bedienen 489 / trouwen 54 / bezitten 110 / oplossen, winkel 307
هُوَ مِن الزَبائنِ المُنْتَظَمينِ هَذَهِ المَقْهى
تَخْدُمُ زَوجَتُهُ الزَبائن
الزَبونُ مَلِكٌ
هِيَ زَبونٌ مُنْتَظَمٌ هَذا المَحَلّ