571 وجه
Dit is de wortel van “richting, gezicht”. In onze taal “zijn neus volgen”.
وَجَّهَ leiden, voeren, richten
واجَهَ kampen met, confronteren
تَوَجَّهَ gaan, wenden, richten
اِتَّجَهَ begeven, koersen, richten
جِهة kant, richting, zijde
وَجْه - وُجوه أو أوْجُه gezicht, gelaat, kant, zijde
وِجْهة أو وُجْهة richting, bestemming
تُجاهَ أو تِجاهَ tegenover, jegens, in de richting van
تُوْجيه het sturen, richtlijn
تَوْجيهيّ oriënterend, instructief
مُواجَهة confrontatie, aanpak
تَوَجُّه neiging, tendens
اِتِّجاه koers, richting
اِتِّجاهات الرياح windroos
واجِهة front, gevel, etalage
مُواجِّه sturend, leidend, richten
مُوَجَّه gericht, georiënteerd
مُتَوَجِّه gaande, zich begevend
Hij is gekwetst in zijn gelaat / zij begeeft zich naar het klaslokaal / in elk opzicht / volg de richtlijnen / enerzijds, anderzijds //
De toestand is slecht en misschien breken over enkele uren rellen uit tussen de betogers en het leger (FDA 612)
جرح - قوع - درس - كلّ - تبع - من - اخر //
وضع - سوأ - قد - حدث - سوع - قلّ - قدم - بين - ظهر - جيش
Wonde 339 / vloer, hal 688 / leren, school 192 / elk, al 730 / volgen 381 / wie, van, uit 367 / achter, ander 168 //
Zetten, toestand 204 / slecht 266 / al, reeds; misschien 5 / gebeuren 188 / uur 258 / minderen 32 / aanbieden, voet, komend 81 / tussen 466 / rug, verschijnen, demonstratie 152 / leger 683
وَجْهُهُ مَجْروحٌ
تَتَوَجَّهُ إلى قاعة الدَرْس
مِن كُلِّ الوُجوه
إتْبَعْ التَوجيهات
مِن جِهةٍ ...و مِن جِهةٍ أُخْرى (oekhra)
الوَضْعُ سَيّءٌ وَ قَد يَحْدُثُ مُواجَهات في الساعاتِ القَليلةِ القادِمةِ بَينَ المُتَظاهِرينِ وَ الجيش
Dit is de wortel van “richting, gezicht”. In onze taal “zijn neus volgen”.
وَجَّهَ leiden, voeren, richten
واجَهَ kampen met, confronteren
تَوَجَّهَ gaan, wenden, richten
اِتَّجَهَ begeven, koersen, richten
جِهة kant, richting, zijde
وَجْه - وُجوه أو أوْجُه gezicht, gelaat, kant, zijde
وِجْهة أو وُجْهة richting, bestemming
تُجاهَ أو تِجاهَ tegenover, jegens, in de richting van
تُوْجيه het sturen, richtlijn
تَوْجيهيّ oriënterend, instructief
مُواجَهة confrontatie, aanpak
تَوَجُّه neiging, tendens
اِتِّجاه koers, richting
اِتِّجاهات الرياح windroos
واجِهة front, gevel, etalage
مُواجِّه sturend, leidend, richten
مُوَجَّه gericht, georiënteerd
مُتَوَجِّه gaande, zich begevend
Hij is gekwetst in zijn gelaat / zij begeeft zich naar het klaslokaal / in elk opzicht / volg de richtlijnen / enerzijds, anderzijds //
De toestand is slecht en misschien breken over enkele uren rellen uit tussen de betogers en het leger (FDA 612)
جرح - قوع - درس - كلّ - تبع - من - اخر //
وضع - سوأ - قد - حدث - سوع - قلّ - قدم - بين - ظهر - جيش
Wonde 339 / vloer, hal 688 / leren, school 192 / elk, al 730 / volgen 381 / wie, van, uit 367 / achter, ander 168 //
Zetten, toestand 204 / slecht 266 / al, reeds; misschien 5 / gebeuren 188 / uur 258 / minderen 32 / aanbieden, voet, komend 81 / tussen 466 / rug, verschijnen, demonstratie 152 / leger 683
وَجْهُهُ مَجْروحٌ
تَتَوَجَّهُ إلى قاعة الدَرْس
مِن كُلِّ الوُجوه
إتْبَعْ التَوجيهات
مِن جِهةٍ ...و مِن جِهةٍ أُخْرى (oekhra)
الوَضْعُ سَيّءٌ وَ قَد يَحْدُثُ مُواجَهات في الساعاتِ القَليلةِ القادِمةِ بَينَ المُتَظاهِرينِ وَ الجيش