328 مكن
Dit is de wortel van kunnen.
مَكَّنَ in staat stellen, versterken
أمْكَنَ mogelijk zijn, kunnen
تَمَكَّنَ in staat zijn, kunnen
تَمْكين versteviging, consolidatie
إمْكان eventualiteit, mogelijkheid, vermogen
إمْكانيّة kans, gelegenheid, uitzicht, inzetbaarheid
مُمْكِن mogelijk, potentieel; misschien
Ik kan niet met je meegaan/ wij kunnen komen/ de inzetbaarheid van die bediende is groot //
Ze zal levenslang zijn geliefde blijven en geen enkele vrouw, wie het ook is, zal in staat zijn haar plaats in zijn hart in te nemen (FDA 981)
ذهب - جيأ - وظف / مُوَظَّف - كبر - ذا //
ظلّ - حبّ - مدّ - حيّ - لن - مرأ - اي - كون - من - حلّ - في - قلب
Gaan 71 / komen 368 / aanstellen, bediende 437 / groot 12 / deze, die 182 //
Blijven 1020 / liefde 67 / uitstrekken 290 / leven 359 / niet (toek.) 919 / vrouw 251 / welk 784 / zijn 15 / oplossen, bezetting 307 / op, in, te 355 / hart 139
لا يُمْكِنُني أنْ أذْهَبَ مَعَكَ
مِن المُمْكِن أنْ نَجيء
إمْكانيّة هذا المُوَظَّفِ كَبيرة
سَتَظَلُ حَبيبَتَهُ لِمُدّةِ الحَياةِ وَ لَن تَتَمَكَّنَ اِمْرأةُ أيّةُ كانَت مِن اِحْتِلالِ مَكانِها في قَلْبِه
Het eerste zinnetje illustreert de regel dat je het ww gebruikt in de 3e persoon, mannelijk enkelvoud, en dat laat volgen door de persoonssuffix van de persoon die iets kan doen, hier “ik”: letterlijk is het dus “het is voor mij mogelijk dat…”.
In het tweede zinnetje staat: vanuit het mogelijke is het dat…De bijzin ingeleid door أنْ staat in de aanvoegende wijs. (DM-VP2, 5.2.2)
Dit is de wortel van kunnen.
مَكَّنَ in staat stellen, versterken
أمْكَنَ mogelijk zijn, kunnen
تَمَكَّنَ in staat zijn, kunnen
تَمْكين versteviging, consolidatie
إمْكان eventualiteit, mogelijkheid, vermogen
إمْكانيّة kans, gelegenheid, uitzicht, inzetbaarheid
مُمْكِن mogelijk, potentieel; misschien
Ik kan niet met je meegaan/ wij kunnen komen/ de inzetbaarheid van die bediende is groot //
Ze zal levenslang zijn geliefde blijven en geen enkele vrouw, wie het ook is, zal in staat zijn haar plaats in zijn hart in te nemen (FDA 981)
ذهب - جيأ - وظف / مُوَظَّف - كبر - ذا //
ظلّ - حبّ - مدّ - حيّ - لن - مرأ - اي - كون - من - حلّ - في - قلب
Gaan 71 / komen 368 / aanstellen, bediende 437 / groot 12 / deze, die 182 //
Blijven 1020 / liefde 67 / uitstrekken 290 / leven 359 / niet (toek.) 919 / vrouw 251 / welk 784 / zijn 15 / oplossen, bezetting 307 / op, in, te 355 / hart 139
لا يُمْكِنُني أنْ أذْهَبَ مَعَكَ
مِن المُمْكِن أنْ نَجيء
إمْكانيّة هذا المُوَظَّفِ كَبيرة
سَتَظَلُ حَبيبَتَهُ لِمُدّةِ الحَياةِ وَ لَن تَتَمَكَّنَ اِمْرأةُ أيّةُ كانَت مِن اِحْتِلالِ مَكانِها في قَلْبِه
Het eerste zinnetje illustreert de regel dat je het ww gebruikt in de 3e persoon, mannelijk enkelvoud, en dat laat volgen door de persoonssuffix van de persoon die iets kan doen, hier “ik”: letterlijk is het dus “het is voor mij mogelijk dat…”.
In het tweede zinnetje staat: vanuit het mogelijke is het dat…De bijzin ingeleid door أنْ staat in de aanvoegende wijs. (DM-VP2, 5.2.2)