26 خرج
Een garage ga je in en uit. De Arabische wortel heeft het alleen over “uitgaan, buitengaan, ongewoon zijn”.
Maar de plaats waar je je auto stalt is: جَراج - جَراجات
خَرَجَ naar buiten gaan, uitgaan, ontsporen
أخْرَجَ naar buiten sturen, uitzetten
تَخَرَّجَ afstuderen
خُروج uittocht; uitgang
خِريج - خِريجون afgestudeerde, academicus
مَخْرَج uitgang, uitweg
إخْراج uitgifte, het naar buiten brengen; regie
تَخَرُّج het afstuderen
اِسْتِخْراج winning (olie, gas bv.)
خارِجَ buiten
خارِجيّ uitwendig, extern, buitenlands
خارِجيّة buitenlandse zaken
مُخْرِج regisseur, filmmaker
s’ Avonds verlaat hij zijn huis / de uittocht uit Egypte (Exodus) / De huiseigenaar zette de bewoner uit het huis / Latifa is geslaagd voor de middelbare school //
Wij vragen alles van het buitenland tot wapens toe, waarmee we onszelf verdedigen (FDA 349)
بيت - مسو - مِصْر - ملك - سكن - درس - ثني //
نحن - سأل - كلّ - شيأ - من - حتى - سلح - الّتي - دفع - بِ - عن - نفس
Huis, verblijf 259 / avond 171 / Egypte 1233 / bezit 110 / wonen 10 / leren 192 / twee 373 //
Wij 1025 / vragen 203 / elk, alle 730 / beschikken, ding 137 / , uit, van 367 / tot 467 / wapen 955 / die, dat 1004 / betalen, verdedigen 557 / met, door, bij 612 / betreffende 352 / zelf 62
يَخْرُجُ مِن بَيتِهِ في المَساء
الخُروج مِن مِصْر
أخْرَجَ المالِكُ الساكِنَ مِن البَيت
تَخَرَّجَت لَطيفةُ مِن المَدْرَسة الثانَويّة
نَحْنُ نَتَساءلُ كُلَّ شيءٍ مِن الخارِجِ حَتّى الأسْلِحةَ اَلّتي نُدافِعُ بِها عَن أنْفُسِنا
Een garage ga je in en uit. De Arabische wortel heeft het alleen over “uitgaan, buitengaan, ongewoon zijn”.
Maar de plaats waar je je auto stalt is: جَراج - جَراجات
خَرَجَ naar buiten gaan, uitgaan, ontsporen
أخْرَجَ naar buiten sturen, uitzetten
تَخَرَّجَ afstuderen
خُروج uittocht; uitgang
خِريج - خِريجون afgestudeerde, academicus
مَخْرَج uitgang, uitweg
إخْراج uitgifte, het naar buiten brengen; regie
تَخَرُّج het afstuderen
اِسْتِخْراج winning (olie, gas bv.)
خارِجَ buiten
خارِجيّ uitwendig, extern, buitenlands
خارِجيّة buitenlandse zaken
مُخْرِج regisseur, filmmaker
s’ Avonds verlaat hij zijn huis / de uittocht uit Egypte (Exodus) / De huiseigenaar zette de bewoner uit het huis / Latifa is geslaagd voor de middelbare school //
Wij vragen alles van het buitenland tot wapens toe, waarmee we onszelf verdedigen (FDA 349)
بيت - مسو - مِصْر - ملك - سكن - درس - ثني //
نحن - سأل - كلّ - شيأ - من - حتى - سلح - الّتي - دفع - بِ - عن - نفس
Huis, verblijf 259 / avond 171 / Egypte 1233 / bezit 110 / wonen 10 / leren 192 / twee 373 //
Wij 1025 / vragen 203 / elk, alle 730 / beschikken, ding 137 / , uit, van 367 / tot 467 / wapen 955 / die, dat 1004 / betalen, verdedigen 557 / met, door, bij 612 / betreffende 352 / zelf 62
يَخْرُجُ مِن بَيتِهِ في المَساء
الخُروج مِن مِصْر
أخْرَجَ المالِكُ الساكِنَ مِن البَيت
تَخَرَّجَت لَطيفةُ مِن المَدْرَسة الثانَويّة
نَحْنُ نَتَساءلُ كُلَّ شيءٍ مِن الخارِجِ حَتّى الأسْلِحةَ اَلّتي نُدافِعُ بِها عَن أنْفُسِنا