1326 مسكن
Met de enige afleiding wordt een stakker aangeduid, een zielige, meelijwekkende persoon.
مِسْكين - مَساكين zielig, arm; stakker, sukkelaar
Haast je, mama, geef me geld, daar is een arme man aan het roepen in de straat en ik wil hem kalmeren (FDA) / zij zorgde voor de zielige, oude man / de stakker verloor zijn vrouw, zijn werk en zijn gezondheid //
De naam 'sukkel' komt van stilte en van passiviteit, en benoemt daarmee de persoon die in nood is, die geen geld heeft (Wikipedia)
سرع - يا - امّ - عطي - نقد - هنا - رجل - صرخ - شرع - رود - هدأ - عني - عجز - فقد - زوج - عمل - صحّ //
اخذ - سكن - عدم - حرك - طلق - صحب - حوج - الّذي - ليس - مول
Snelheid 142 / wat! 978 / moeder, vooraan 156 / geven 370 / geld, kritiek 233 / hier, daar 718 / man 186 / schreeuwen 497 / straat, wet 221 / willen 272 / kalm 524 / betekenis, zorg, aandacht 299 / oud 150 / verliezen 600 / trouwen 54 / werken 46 / gezond, juist 34 //
Nemen 157 / wonen 10 / gebrek aan 662 / bewegen 68 / scheiden, benoemen 147 / eignaar 312 / nodig 554 / die, dat 1005 / niet zijn 60 / geld 537
بِسُرْعة يا أمّي, أعْطِني نُقوداً, هُناكَ رَجُلٌ مِسْكينٌ يَصْرُخُ في الشارِع و أُريدُ أن أهْدئهُ
اِعْتَنَت بِالعَجوزِ المِسْكين
فَقَدَ المِسْكينُ زوجَتَهُ , عَمَلَهُ , و صِحَّتَهُ
المِسْكينُ مأخوذُ مِن السُكونِ وَعَدَمِ الحَرَكة، وَ يُطْلِقُ عَلى صاحِبِ الحاجة، اَلَّذي لَيسَ لَهُ مِن المال
Met de enige afleiding wordt een stakker aangeduid, een zielige, meelijwekkende persoon.
مِسْكين - مَساكين zielig, arm; stakker, sukkelaar
Haast je, mama, geef me geld, daar is een arme man aan het roepen in de straat en ik wil hem kalmeren (FDA) / zij zorgde voor de zielige, oude man / de stakker verloor zijn vrouw, zijn werk en zijn gezondheid //
De naam 'sukkel' komt van stilte en van passiviteit, en benoemt daarmee de persoon die in nood is, die geen geld heeft (Wikipedia)
سرع - يا - امّ - عطي - نقد - هنا - رجل - صرخ - شرع - رود - هدأ - عني - عجز - فقد - زوج - عمل - صحّ //
اخذ - سكن - عدم - حرك - طلق - صحب - حوج - الّذي - ليس - مول
Snelheid 142 / wat! 978 / moeder, vooraan 156 / geven 370 / geld, kritiek 233 / hier, daar 718 / man 186 / schreeuwen 497 / straat, wet 221 / willen 272 / kalm 524 / betekenis, zorg, aandacht 299 / oud 150 / verliezen 600 / trouwen 54 / werken 46 / gezond, juist 34 //
Nemen 157 / wonen 10 / gebrek aan 662 / bewegen 68 / scheiden, benoemen 147 / eignaar 312 / nodig 554 / die, dat 1005 / niet zijn 60 / geld 537
بِسُرْعة يا أمّي, أعْطِني نُقوداً, هُناكَ رَجُلٌ مِسْكينٌ يَصْرُخُ في الشارِع و أُريدُ أن أهْدئهُ
اِعْتَنَت بِالعَجوزِ المِسْكين
فَقَدَ المِسْكينُ زوجَتَهُ , عَمَلَهُ , و صِحَّتَهُ
المِسْكينُ مأخوذُ مِن السُكونِ وَعَدَمِ الحَرَكة، وَ يُطْلِقُ عَلى صاحِبِ الحاجة، اَلَّذي لَيسَ لَهُ مِن المال