وسم 119
Kenmerk, stempel, enz. Het heeft te maken met ons woordje "moesson", het kenmerk van een het regenseizoen.
We kennen van deze wortel de afleiding: مَوْسِم - مَواسِمُ “seizoen, tijd”, en vandaar ons “moesson”, de regentijd, niet zozeer in de Arabischsprekende gebieden, maar wel in Pakistan, India, Somalië, landen die al vroeg in contact kwamen met de Islamcultuur. Voor de seizoenen, de jaargetijden, heeft het A een ander woord: الفُصول الأرْبَعة , maar dat is voor een ander praatje (wortel 200).
اِتَّسَمَ gekenmerkt worden, kenmerken
سِمة kenmerk, karaktertrek
مَوسِم - مَواسِم seizoen, moesson
Tijd van de katoenoogst / seizoensarbeid / in het hoogseizoen / hij heeft de karaktertrekken van zijn vader / zijn gedrag wordt gekenmerkt door onverschilligheid (kilte) //
Wij missen de morele concepten die kenmerk zijn van het globale systeem; de wisselwerking daarmee moet er zijn om een echte mens uit te bouwen (FDA 3156)
قطن - عمل - في - لدى - ولد - صرف - بِ - برد //
نحن - فقر / اِفْتَقَرَ - فهم - خلق - نظم - كمل - وجب - فعل / تَفاعُل - بني - انس - حقّ
Katoen 747 / werken 46 / in, te 355 / met, door, bij 704 / geboorte 63 / wisselen, gedrag 403 / met, door, bij 612 / kou, post 88 //
Wij 1025 / arm, ontberen 387 / begrijpen, concept 11 / scheppen, moreel 789 / organiseren 672 / volledig 104 / moeten 235 / doen, wisselwerking 208 / bouwen 89 / menselijk 164 / waarheid 69
مَوْسِم القُطْنِ
عَمَل مَوْسِميّ
في المَوْسِمِ
لَديهِ سِمات وَاِلدِهِ
يَتَّسِمُ تَصَرّوفُهُ بِبُرودة
نَحنُ نَفْتَقِرُ إلى المَفاهيمِ الأخْلاقيّةِ اَلَّتي تَتَّسِمُ بِالنِظامِ الكامِلِ اَلَّذي يَجِبُ التَفاعُل مَعَهُ لِبِناءِ الإنْسانِ الحَقيقيّ
Kenmerk, stempel, enz. Het heeft te maken met ons woordje "moesson", het kenmerk van een het regenseizoen.
We kennen van deze wortel de afleiding: مَوْسِم - مَواسِمُ “seizoen, tijd”, en vandaar ons “moesson”, de regentijd, niet zozeer in de Arabischsprekende gebieden, maar wel in Pakistan, India, Somalië, landen die al vroeg in contact kwamen met de Islamcultuur. Voor de seizoenen, de jaargetijden, heeft het A een ander woord: الفُصول الأرْبَعة , maar dat is voor een ander praatje (wortel 200).
اِتَّسَمَ gekenmerkt worden, kenmerken
سِمة kenmerk, karaktertrek
مَوسِم - مَواسِم seizoen, moesson
Tijd van de katoenoogst / seizoensarbeid / in het hoogseizoen / hij heeft de karaktertrekken van zijn vader / zijn gedrag wordt gekenmerkt door onverschilligheid (kilte) //
Wij missen de morele concepten die kenmerk zijn van het globale systeem; de wisselwerking daarmee moet er zijn om een echte mens uit te bouwen (FDA 3156)
قطن - عمل - في - لدى - ولد - صرف - بِ - برد //
نحن - فقر / اِفْتَقَرَ - فهم - خلق - نظم - كمل - وجب - فعل / تَفاعُل - بني - انس - حقّ
Katoen 747 / werken 46 / in, te 355 / met, door, bij 704 / geboorte 63 / wisselen, gedrag 403 / met, door, bij 612 / kou, post 88 //
Wij 1025 / arm, ontberen 387 / begrijpen, concept 11 / scheppen, moreel 789 / organiseren 672 / volledig 104 / moeten 235 / doen, wisselwerking 208 / bouwen 89 / menselijk 164 / waarheid 69
مَوْسِم القُطْنِ
عَمَل مَوْسِميّ
في المَوْسِمِ
لَديهِ سِمات وَاِلدِهِ
يَتَّسِمُ تَصَرّوفُهُ بِبُرودة
نَحنُ نَفْتَقِرُ إلى المَفاهيمِ الأخْلاقيّةِ اَلَّتي تَتَّسِمُ بِالنِظامِ الكامِلِ اَلَّذي يَجِبُ التَفاعُل مَعَهُ لِبِناءِ الإنْسانِ الحَقيقيّ