1154 ودع
Laten is een dominerende betekenis. Maar ook “neerleggen” en daarmee gaat de betekenis in de richting van وضع (wortel 204): zetten.
وَدَعَ laten; neerleggen
وَداع afscheid, vaarwel
وَداعاً vaarwel, adieu
مُسْتَوْدَع opslagruimte, magazijn
Laat ons niet aan morgen denken / ons afscheidscadeau voor hem was een reis naar Mekka / genoeg hierover (laat dat zitten) (ALD) // Laten we praten over het werk, want dit is wat mij het meest interesseert ( FDA 1850)
لا - فكر - في - غدو - كون - هدي - لدى - رحل - مَكّة - انت - من - ذا //
كلم - عمل - همّ - كثر
Neen, niet 821 / denken 99 / in, te, op 355 / morgen 284 / zijn 15 / geschenk 541 / met, door, bij 704 / vertrekken, reis 305 / Mekka / jij 950 / wie, uit, van 367 / deze, die 182 //
Woord 14 / werken 46 / belangrijk 114 / veel 183
دَعْنا لا نُفَكِّرُ في الغَد
كانَت هَديَتُنا الوَداعِ لَديهِ رِحْلةٌ إلى مَكّة
دَعْكَ مِن هّذا
دَعْنا نَتَكَلَّمُ في العَمَل ، فَهَذا ما يَهُِمُّني أكْثَر
De aansporende wijs in 1e of 3e persoon “laten we gaan” b.v., wordt ook uitgedrukt door het apocopaat (verkorte vorm) van het werkwoord, voorafgegaan door li- of door fal- ( لِ - فَل ) . DM-VP2, 6.1.
Laten is een dominerende betekenis. Maar ook “neerleggen” en daarmee gaat de betekenis in de richting van وضع (wortel 204): zetten.
وَدَعَ laten; neerleggen
وَداع afscheid, vaarwel
وَداعاً vaarwel, adieu
مُسْتَوْدَع opslagruimte, magazijn
Laat ons niet aan morgen denken / ons afscheidscadeau voor hem was een reis naar Mekka / genoeg hierover (laat dat zitten) (ALD) // Laten we praten over het werk, want dit is wat mij het meest interesseert ( FDA 1850)
لا - فكر - في - غدو - كون - هدي - لدى - رحل - مَكّة - انت - من - ذا //
كلم - عمل - همّ - كثر
Neen, niet 821 / denken 99 / in, te, op 355 / morgen 284 / zijn 15 / geschenk 541 / met, door, bij 704 / vertrekken, reis 305 / Mekka / jij 950 / wie, uit, van 367 / deze, die 182 //
Woord 14 / werken 46 / belangrijk 114 / veel 183
دَعْنا لا نُفَكِّرُ في الغَد
كانَت هَديَتُنا الوَداعِ لَديهِ رِحْلةٌ إلى مَكّة
دَعْكَ مِن هّذا
دَعْنا نَتَكَلَّمُ في العَمَل ، فَهَذا ما يَهُِمُّني أكْثَر
De aansporende wijs in 1e of 3e persoon “laten we gaan” b.v., wordt ook uitgedrukt door het apocopaat (verkorte vorm) van het werkwoord, voorafgegaan door li- of door fal- ( لِ - فَل ) . DM-VP2, 6.1.