1130 زعل
Niet zo courant, deze wortel, voor boos.
De afleiding van غضب wortel 82, غاضِب is meer gebruikt.
زَعْلان boos
Zij is boos omdat we met vuile schoenen binnengekomen zijn / de boze heks is een vast figuur in vele sprookjes / de meester is boos omdat zijn leerlingen altijd dezelfde fout maken //
Ik ben boos omdat jij bij mij moest logeren, en niet in een klooster ( FDA 4827)
هي - لِ - ان - نحن - دخل - بِ - حذو - وسخ - سحر - شخص - متن - في - كثر - من - قصّ - درس - تلمذ - ركب - دوم - نفس - خطأ //
كون - وجب - نزل - ليس - دور / دَير
Zij 952 / aan, van, voor 767 / dat, indien 165 / wij 1025 / binnengaan 224 / met, door, bij 612 / schoen 594 / vuil 184 / toveren, heks 1131 / persoon, figuur 425 / aan boord van, sterk 994 / in, te, op 355 / veel 183 / wie, uit, van 367 / verhaal 484 / leren, school 192 / leerling 170 / berijden, begaan 92 / voortduren, altijd 291 / zelf 62 / fout 441 //
Zijn 15 / moeten 235 / dalen, logeren 112 / niet zijn 60 / draaien, klooster 4
هي زَعْلانةٌ لِأنَّنا دَخَلْنا بِأحْذية وَسِخة
الساحِرةُ الزَعْلانة هيَ شَخْصيّةٌ مَتينٌ في كَثيرِ مِن القِصَص
المُدَرِّسُ زَعْلانٌ لِأنَّ تَلاميذُهُ يَرْتَكِبونَ دائماً نَفْسَ الخَطأ
أنا زَعلانٌ مِنكَ لِأنَّكَ كانَ يَجِبُ أنَّ تَنْزِلَ عِنْدي وَ ليسَ في الدَير
Niet zo courant, deze wortel, voor boos.
De afleiding van غضب wortel 82, غاضِب is meer gebruikt.
زَعْلان boos
Zij is boos omdat we met vuile schoenen binnengekomen zijn / de boze heks is een vast figuur in vele sprookjes / de meester is boos omdat zijn leerlingen altijd dezelfde fout maken //
Ik ben boos omdat jij bij mij moest logeren, en niet in een klooster ( FDA 4827)
هي - لِ - ان - نحن - دخل - بِ - حذو - وسخ - سحر - شخص - متن - في - كثر - من - قصّ - درس - تلمذ - ركب - دوم - نفس - خطأ //
كون - وجب - نزل - ليس - دور / دَير
Zij 952 / aan, van, voor 767 / dat, indien 165 / wij 1025 / binnengaan 224 / met, door, bij 612 / schoen 594 / vuil 184 / toveren, heks 1131 / persoon, figuur 425 / aan boord van, sterk 994 / in, te, op 355 / veel 183 / wie, uit, van 367 / verhaal 484 / leren, school 192 / leerling 170 / berijden, begaan 92 / voortduren, altijd 291 / zelf 62 / fout 441 //
Zijn 15 / moeten 235 / dalen, logeren 112 / niet zijn 60 / draaien, klooster 4
هي زَعْلانةٌ لِأنَّنا دَخَلْنا بِأحْذية وَسِخة
الساحِرةُ الزَعْلانة هيَ شَخْصيّةٌ مَتينٌ في كَثيرِ مِن القِصَص
المُدَرِّسُ زَعْلانٌ لِأنَّ تَلاميذُهُ يَرْتَكِبونَ دائماً نَفْسَ الخَطأ
أنا زَعلانٌ مِنكَ لِأنَّكَ كانَ يَجِبُ أنَّ تَنْزِلَ عِنْدي وَ ليسَ في الدَير