فهم 11
Deze wortel gaat over “begrijpen, inzicht”.
فَهِمَ begrijpen, bevatten, beseffen
فَهْم begrip, inzicht
تَفاهُم onderling begrip, overeenstemming
فاهِم begripvol
مَفْهوم - مَفاهيم begrepen, gesnapt; begrip, concept, notie
جُمْلة إسْتَفْهامٍ vraagzin
Nuttige zinnetjes als je met de taallessen start:
لا أفْهَمُكِ ik begrijp u niet.
لا أفْهَمُ ذلك ik zie het niet.
Volgens Franse begrippen is dit bescheiden/ de journalist vertelt het in bevattelijke taal/ zij begrijpt de reden van zijn gedrag/ dit is onbegrijpelijk //
Door haar zwak Engels kan ze zelfs de mensen in de straat niet begrijpen (FDA 1947)
حسب - فرنسا - بسط - حدث - صحف - كلم - سبّ - ذا - سلك //
- غير إنجلترا - ضعف - لا - مكن - حتى - من - مع - انس - في - شرع
Rekenen 70 / Frankrijk 1110 / simpel 446 / gebeuren, spreken 188 / krant 519 / woord 14 / oorzaak 94 / deze,die 182 / gedrag 363 / veranderen, on- 270 //
Engeland 1236 / zwak 575 / niet, neen 821 / kunnen 328 / tot 467 / wie, uit, van 367 / met 570 / menselijk, de mensen 164 / in, te, op 355 / straat 221
حَسَبَ المَفاهيمِ الفَرَنْسيّة هَذا بَسيط
يُحَدِثُهُ الصَحافيّ بِكَلِماتٍ مَفْهومة
تَفْهَمُ سَبَبَ سُلوكِهِ
هَذا غَير مَفْهوم
إنْجْليزيَتُها الضَعيفةُ لا يُمَكِنُها حَتى مِن التَفاهُمِ مَع الناسِ في الشارِع
Deze wortel gaat over “begrijpen, inzicht”.
فَهِمَ begrijpen, bevatten, beseffen
فَهْم begrip, inzicht
تَفاهُم onderling begrip, overeenstemming
فاهِم begripvol
مَفْهوم - مَفاهيم begrepen, gesnapt; begrip, concept, notie
جُمْلة إسْتَفْهامٍ vraagzin
Nuttige zinnetjes als je met de taallessen start:
لا أفْهَمُكِ ik begrijp u niet.
لا أفْهَمُ ذلك ik zie het niet.
Volgens Franse begrippen is dit bescheiden/ de journalist vertelt het in bevattelijke taal/ zij begrijpt de reden van zijn gedrag/ dit is onbegrijpelijk //
Door haar zwak Engels kan ze zelfs de mensen in de straat niet begrijpen (FDA 1947)
حسب - فرنسا - بسط - حدث - صحف - كلم - سبّ - ذا - سلك //
- غير إنجلترا - ضعف - لا - مكن - حتى - من - مع - انس - في - شرع
Rekenen 70 / Frankrijk 1110 / simpel 446 / gebeuren, spreken 188 / krant 519 / woord 14 / oorzaak 94 / deze,die 182 / gedrag 363 / veranderen, on- 270 //
Engeland 1236 / zwak 575 / niet, neen 821 / kunnen 328 / tot 467 / wie, uit, van 367 / met 570 / menselijk, de mensen 164 / in, te, op 355 / straat 221
حَسَبَ المَفاهيمِ الفَرَنْسيّة هَذا بَسيط
يُحَدِثُهُ الصَحافيّ بِكَلِماتٍ مَفْهومة
تَفْهَمُ سَبَبَ سُلوكِهِ
هَذا غَير مَفْهوم
إنْجْليزيَتُها الضَعيفةُ لا يُمَكِنُها حَتى مِن التَفاهُمِ مَع الناسِ في الشارِع